Er bestaat zowel een expliciete als een impliciete samenhang tussen mijn boeken – een samenhang die groeiende is met elk nieuw boek dat uitkomt. Met iedere volgende uitgave wordt het over en weer en door elkaar heen gewoven spinsel van karakters en gebeurtenissen meer inzichtelijk.
Het meest opvallende verband (tot nu toe) is dat tussen mijn beide thrillers ‘De Week van de Adelaar’ (DWVDA) en ‘Verkoold Verleden’, waarbij ‘Verkoold Verleden’ dienst doet als een wat-gebeurde-er-tien-jaar-later vervolg op DWVDA. De verbinding tussen deze twee boeken komt tot stand door de inzet van twee personages: de politieman/privé detective/geheim agent Alexander Thurn en de Russische spionne Tatiana. Ze komen in beide boeken voor en terwijl de verhaallijnen vorderen, lijken Thurn en Tatiana steeds meer tot elkaar veroordeeld te zijn. En intussen heb ik een heel timide begin gemaakt met een derde thriller die voorlopig als werktitel ‘Het verzwegen ei’ heeft. Overigens werk ik nu met name aan een novelle (‘Reis door de Sahara’), waarin de vader van Alexander Thurn figureert. Die is zo’n beetje de enige afwijking die ik aanbreng aan een verder waargebeurd verhaal.
Naast de hiervoor beschreven expliciete connectie is er ook een impliciete verbinding: ik heb het over de ‘eeuwige Irina’. Op de achtergrond en op de voorgrond speelt ze een rol. Ze verschijnt als hoofdpersonage in ‘Wlass en het goud van Irina’ (achttien jaar oud) en verschijnt opnieuw als bijfiguur in ‘Dodelijke Boslucht’ (inmiddels zeventig jaar oud). En dan kom je er opeens achter als oplettende lezer, dat Irina als ‘vage schim’ figureert in een door Thurn verteld verhaal (in ‘Verkoold Verleden’). Inmiddels is ze allang dood en begraven, maar met deze flard, voegt Thurn een niet onbelangrijk puzzelstukje toe aan Irina’s – vooralsnog – in nevelen gehulde levensverhaal.
En het gaat nog verder. Ik ben van plan om Irina in minstens twee toekomstige boeken te laten verschijnen. Het enige boek dat buiten alle onderlinge verbondenheid lijkt te staan, is ‘De Verborgen Schaduw’. Maar dit is schijn. Heel subtiel is ook in dit boek de relatie gelegd met – alweer – Irina (als enige afwijking in een verder waargebeurd verhaal). Ik ben benieuwd of lezers het zinnetje weten te traceren. In ieder geval lijken alle verbanden op verbluffende toevalligheden, maar dat zijn ze uiteraard niet, aangezien ik nog steeds als alwetende marionettenspeler aan alle touwtjes trek.